Tagarchief: Gewoon

Ontmoetingen

Ja, vandaag best wel genoten van een ‘bijzetceremonie’, het bijzetten van een urn van de moeder van een goede vriendin van ons. En dat vond ik altijd gek, dat begrafenissen en crematies altijd resulteren in gezellige familiebijeenkomsten. Maar al gauw realiseerde ik me dat het vrolijke, het lachen op dat soort bijeenkomsten ook goed is, zelfs voor de directe nabestaanden. Want het leven gaat door en rouw is nu niet echt iets leuks.

En ook misschien wat gek dat nu ik wat ouder wordt ‘dood’ niet meer zo’n grote indruk op me maakt. De dood van iemand is niet meer zo’n grootse gebeurtenis als toen ik jonger was. En wellicht heeft dat ook te maken met dat ik een zwaar motorongeluk heb gehad waarin ik zelf bijna dood was. Achteraf hoorde ik dat mijn kans om te overleven maar dertig procent was. En dat kwam aan als een soort mokerslag in m’n gezicht. En van dat ongeluk heb ik dus geleerd dat de dood zich op elk moment en op elke leeftijd kan voordoen. En ja, als je ouder bent heb je natuurlijk op de een of andere manier meer kans om dood te gaan dan als je jonger bent. Maar ergens gaat het begrip ‘kans’ dus niet op. En iedereen kan dus op elk moment doodgaan.

En ja, ik merk ook steeds meer dat de dood gewoon onderdeel van het leven is, dat het niet iets geheimzinnigs of spiritueels is of zo. Het hoort er gewoon bij en is dus ook niet eng of zo.

En ja, natuurlijk, als iemand op erg jonge leeftijd overlijdt, als baby of als kind of als ouder ‘in de kracht van zijn of haar leven’, dan is dat natuurlijk moeilijk, hard voor de nabestaanden. En ja, natuurlijk heb ik het gemakkelijk gehad met ouders en grootouders, tenminste de grootouders die ik gekend heb. Want die waren allemaal ‘oud’, allemaal op een leeftijd waarin het niet ‘erg’ was dat ze doodgingen. Ze gingen gewoon dood op een leeftijd waarop je gewoon dood kunt gaan. En nu is zelfs m’n moeder op zo’n leeftijd, dus ja, als zij doodgaat neem ik aan dat ik dat niet echt ‘erg’ zal vinden, hoewel het denk ik wel gek zal zijn dat ik dan geen directe verbinding meer heb met een vorige generatie, dat ik dan op de een of andere manier ‘alleen’ sta.

Maar goed, vandaag was dus een goede dag voor mij met een prettig samenzijn op de bijeenkomst die gerelateerd was aan het bijzetten van iemand die mij dierbaar was. En dus niet ‘erg’ of ‘verdrietig’. In ieder geval niet voor mij.