Delen

KhomeiniEén van de onderdelen van twaalfstappenprogramma’s is delen, en wellicht schrijven, en dit is vast niet de juiste plaats om dat te doen nu (maar wie beslist dat eigenlijk), maar ik had het gevoel hier te moeten schrijven, dus doe ik het toch.

En waar ik over wilde schrijven was het familysysteem waarin ik ben opgegroeid, het gezin waarin ik ben opgegroeid, maar eerst komt er in me op dat het toch wel gek is wat ik hiervoor opschreef: “dus doe ik het toch”. Net alsof er iemand aan het oordelen is wat ik wel of niet kan doen, moet doen, mag doen, of niet. Maar dat komt waarschijnlijk uit mijn oorsponggezin of uit de tijd en de omstandigheden waarin ik opgroeide.

En heel veel gaat terug naar een almachtige straffende God, en een vader die daar op de een of andere manier de verpersoonlijking van was, of is, en/of gedeeltelijk was en/of nog is.

En dat beeld van die straffende autoritaire God is nog steeds heel sterk, ondanks dat ik daar een tijd geleden dacht mee te hebben afgedaan. Het is een oude Khomeini-achtige man met inderdaad een baard en een soort scepter die hel en verdoemenis preekt. En die continu beoordeelt en veroordeelt wat ik doe.

En vreemd toen ik net een foto van hem zocht en vond op Wikipedia. De foto die je nu hierboven ziet. Want ik zie geen autoritaire straffende God, maar een serieuze man met een missie of zoiets. Een leider inderdaad. En een wijze man. Met een soort verdriet in z’n ogen, maar niet echt verdriet, meer een weten of zoiets, een weten van lijden. En ja, heel anders dan m’n vader. Iemand die ik zou willen volgen, kunnen volgen. En gek, wat over hem lezend ben ik het niet eens met waar hij voor stond, of met veel dingen waar hij voor stond. Maar die ogen, die uitdrukking…

En gek, ik denk nu aan de foto van m’n vader die hier in huis staat. Op die foto zie je een vriendelijke man, niet de autoritaire vader die ik me herinner uit m’n jeugd. En nu herinner ik me ook die andere kant van hem, want als ik chips of andere dingen wilde bij Albert Heijn moest ik bij m’n vader zijn, niet bij m’n moeder. Want m’n moeder moest altijd zuinig zijn, maar m’n vader wist dat die enkele supermarktdingen niet uitmaakten in het grote geheel. Daar denk ik nog best vaak aan en dat gebruik ik zelf ook vaak nog bij beslissingen over geld.

Maar terug naar disfunctioneel familiesysteem, want dat was het, dat moet het geweest zijn. Ah, en er zitten zoveel dingen in m’n hoofd, zoveel dingen die ik wil delen, vertellen, opschrijven. Als eerste dat ik altijd het gevoel had dat we een soort perfect gezin waren, want er was veel liefde, vooral liefde van m’n moeder voor de kinderen. En gek dat ik dat geloofde, want ik herinner me vooral de ruzies tussen m’n ouders waarin m’n vader altijd gelijk had. En dat zie ik nu precies terug in m’n eigen huidige relatie, hoewel ik niet eens weet of die relatie nog bestaat, want m’n partner is al lang weg, emotioneel al jaren en fysiek vooral de laatste maanden, het laatste jaar of misschien de laatste twee of drie jaar. Nee, langer, want in 2012 was hij maanden weg, misschien wel een half jaar en gaf aan dat het uit was tussen ons. Maar ik wilde dat uiteindelijk niet en dus kwam hij terug. En toen had ik zelfs het gevoel dat het voor hem nooit uitgeweest was, maar dus wel voor mij.

En toen was de electriciteit uit en ben ik nu de draad kwijt.

Maar ik wilde iets schrijven over wat er nu mis was, of in ieder geval welke foute of minder handige dingen ik nu in mijn oorsponggezin heb geleerd.

Of nee, ik heb nu even niet zoveel behoefte om verder te schrijven, want ik kreeg een andere suggestie van iemand die wellicht beter is nu.

Dus misschien later meer, een vervolg op bovenstaande, maar nu even niet.